Cookievoorkeuren
InstellingenIk ga akkoord

Instructie en voorlichting over BHV (BRANCHEAFSPRAAK)

Nieuwe medewerkers worden in hun eerste werkweek voldoende geïnformeerd over de wijze waarop de BHV is georganiseerd. De voorlichting aan medewerkers bestaat uit:

  • Wie de BHV’ers zijn op de betreffende vestiging en hoe deze te bereiken;
  • Waar de nooduitgangen zijn en waar de verzamelplaats is;
  • Aanwijzen hoe de vluchtroutes lopen en het belang om deze altijd vrij te houden (bijvoorbeeld door de vluchtroute-plattegronden te bekijken).
  • Wat de werkwijze is om alarm te slaan bij constatering van een calamiteit.
  • Wat de procedure is bij oproep tot ontruiming.

Deze voorlichting gebeurt mondeling en wordt ondersteund met documentatie, zoals een alarmkaart (Wat-te-doen-bij ..), folder, ontruimingsplattegrond of het bedrijfsnoodplan.

Voor medewerkers die direct en indirect een rol hebben bij de BHV-organisatie, zijn duidelijke, korte werkinstructies beschikbaar (als apart onderdeel binnen het BHV-plan). Te denken valt hierbij aan de rol van: de BHV’ers zelf, de receptie en het management / de leidinggevenden.

Ook voor bezoekers is geregeld dat zij bij calamiteiten de noodzakelijke hulp krijgen. Bezoekers zijn klanten, leveranciers (m.b.t. inkoop), externe chauffeurs en particulieren. Zij worden door hun begeleider (degene met wie ze een afspraak hebben / die de rondleiding verzorgt) mondeling voorgelicht over de algemene veiligheidsvoorschriften, waar de BHV-zaken onderdeel van zijn. Ter aanvulling kan hierbij een folder worden overhandigd, waarop de voorschriften grafisch uitgebeeld zijn (d.m.v. standaard pictogrammen).

Om te voorkomen dat bezoekers tijdens een ontruiming vergeten worden, moeten zij altijd begeleid worden door een vaste medewerker die bekend is met de noodprocedures en locaties van nooduitgangen. Daarnaast is het aanbevolen om aankomst en vertrek van bezoekers te registreren, indien de aard van de bedrijfsvoering dit vereist (dit geldt voor grote bedrijven met meerdere verdiepingen en/of meerdere hallen waar tientallen personen verblijven), ten behoeve van controle op aanwezigen op de verzamelplaats.

Goede praktijken bij deze richtlijn

Print dit artikelE-mail dit artikel

Instructie en voorlichting over BHV (BRANCHEAFSPRAAK)

Nieuwe medewerkers worden in hun eerste werkweek voldoende geïnformeerd over de wijze waarop de BHV is georganiseerd. De voorlichting aan medewerkers bestaat uit:

  • Wie de BHV’ers zijn op de betreffende vestiging en hoe deze te bereiken;
  • Waar de nooduitgangen zijn en waar de verzamelplaats is;
  • Aanwijzen hoe de vluchtroutes lopen en het belang om deze altijd vrij te houden (bijvoorbeeld door de vluchtroute-plattegronden te bekijken).
  • Wat de werkwijze is om alarm te slaan bij constatering van een calamiteit.
  • Wat de procedure is bij oproep tot ontruiming.

Deze voorlichting gebeurt mondeling en wordt ondersteund met documentatie, zoals een alarmkaart (Wat-te-doen-bij ..), folder, ontruimingsplattegrond of het bedrijfsnoodplan.

Voor medewerkers die direct en indirect een rol hebben bij de BHV-organisatie, zijn duidelijke, korte werkinstructies beschikbaar (als apart onderdeel binnen het BHV-plan). Te denken valt hierbij aan de rol van: de BHV’ers zelf, de receptie en het management / de leidinggevenden.

Ook voor bezoekers is geregeld dat zij bij calamiteiten de noodzakelijke hulp krijgen. Bezoekers zijn klanten, leveranciers (m.b.t. inkoop), externe chauffeurs en particulieren. Zij worden door hun begeleider (degene met wie ze een afspraak hebben / die de rondleiding verzorgt) mondeling voorgelicht over de algemene veiligheidsvoorschriften, waar de BHV-zaken onderdeel van zijn. Ter aanvulling kan hierbij een folder worden overhandigd, waarop de voorschriften grafisch uitgebeeld zijn (d.m.v. standaard pictogrammen).

Om te voorkomen dat bezoekers tijdens een ontruiming vergeten worden, moeten zij altijd begeleid worden door een vaste medewerker die bekend is met de noodprocedures en locaties van nooduitgangen. Daarnaast is het aanbevolen om aankomst en vertrek van bezoekers te registreren, indien de aard van de bedrijfsvoering dit vereist (dit geldt voor grote bedrijven met meerdere verdiepingen en/of meerdere hallen waar tientallen personen verblijven), ten behoeve van controle op aanwezigen op de verzamelplaats.

Goede praktijken bij deze richtlijn